Heel wat sportlegendes tillen de Belgische vrouwensport naar een hoger niveau. Om deze vrouwen te eren, zetten we elke week een toppionier in de kijker. Zwemster Carine Verbauwen is de tweede in dit unieke rijtje. We belichten 5 grote momenten van haar rijke carrière.
Carine Verbauwen (60) zette België in de jaren 70 op de zwemkaart en plaveide de weg voor een rijke Belgische zwemcultuur. Olympische zwemmedailles behalen zoals Frédérik ‘Fredje’ Deburghgraeve en Pieter Timmers, dat lukte zelfs in haar gloriejaren niet. Maar onze landgenote leverde wel andere knappe prestaties. De intussen 60-jarige ex-zwemster uit Gent voelde zich als een vis in het zwembadwater en bracht de sport groot in ons land.
1. Sportvrouw van het jaar op haar 13de
Carine Verbauwen groeide op in een familie die zowat in het zwembad leefde. Op 10-jarige leeftijd begon ook Carine met zwemmen, omdat zowel haar vader als moeder in het het Stedelijk Zwembad van Eeklo werkten en zij daar dus vaak vertoefde. Haar ouders waren de stichters van zwemclub MZV Eeklo waar Carine haar jeugdjaren doorbracht. Verbauwen koos niet bewust voor topsport, het ging volgens haar vanzelf. Op haar twaalfde was ze al de 6e beste op de 800 meter vrije slag. Bij de volwassenen.
Amper één jaar later, nadat ze pas drie jaar bezig was met baantjes trekken, werd de 13-jarige Carine Verbauwen verkozen tot de allereerste Sportvrouw van het Jaar. Of beter: als eerste sportmeisje. Met haar 13 jaar is ze nog steeds de allerjongste winnares ooit. Een prestigieuze titel die tot op de dag van vandaag nog steeds ieder jaar wordt uitgereikt aan de beste sportvrouw van het land. Ook in 1978 en 1979 mocht ze deze prijs in ontvangst nemen.
Wist je dat…
Carine Verbauwen haar eigen zwembad heeft? Of toch bijna. In 2018 werd in Eeklo een nieuw sportcomplex geopend. Het nieuwe zwembad kreeg de naam ‘Het Verbauwenbad’, als eerbetoon aan de Oost-Vlaamse zwemfamilie. Zussen Carine en Pascale maakten niet alleen furore op de grote toernooien, ze geven nog steeds zwemlessen om lokale, jonge talenten klaar te stomen voor grote successen.
2. Het mooiste moment uit haar carrière
Verbauwen verklaarde in 2020 in een interview aan de Vlaamse Zwemfederatie dat de vriendschap en zichzelf amuseren rond het zwembad voor haar altijd belangrijker was dan het zwemmen en de prestaties zelf. Ook haar mooiste herinnering in haar carrière bevindt zich niet bij een van haar vele mooie chrono’s.
Op het EK voor junioren in het Zwitserse Genève in 1975 werd ze 2de na Petra Thümer die een jaar later in het Canadese Montreal olympisch kampioene werd. Toen ze naar het podium liep, stonden haar grootouders te juichen. Dat haar arme grootouders toch de moeite en geld erin hadden gestoken om voor haar helemaal naar Zwitserland te rijden, is voor Verbauwen tot vandaag de mooiste herinnering uit haar loopbaan.
3. Als 14-jarige op de meest beveiligde Olympische Spelen ooit
Eén jaar na haar titel van Sportvrouw van het jaar, nam Verbauwen in 1976 deel aan de Olympische Spelen in Montreal. Als jong meisje van 14 belandde ze op wat de meest beveiligde Spelen van de geschiedenis moeten zijn. Vier jaar eerder, tijdens de Spelen in München, had de Palestijnse terreurbeweging Zwarte September 11 Israëli’s en één Duitser om het leven gebracht. Het ‘Bloedbad van München’ vormt nog steeds de donkerste bladzijde uit de historie van de Spelen. In Montreal waren ze bevreesd voor een soortgelijk tafereel en werd dus kosten noch moeite gespaard om de Spelen zo streng mogelijk te beveiligen. Het moet als 14-jarig meisje vreemd zijn om het allergrootste sportevenement op zo’n manier te ervaren.
Vier jaar later nam Verbauwen in Moskou een tweede keer deel aan de Spelen. Een uniek familiemoment, want ook haar zus Pascale nam deel aan de zwemcompetitie. Carine haalde de finale van de 100 meter rugslag en werd daarin knap 5de. Zeker wanneer je denkt dat de drie Oost-Duitse vrouwen op het podium achteraf toegaven dat ze zich gedopeerd hadden en de Roemeense zwemster die 4de eindigde, later ook betrapt werd op doping. Het werd een 5de plaats, maar het had goud kunnen en misschien wel moeten zijn. Op de 200 meter rugslag werd ze 6de.
De Belgische zwemploeg van de Olympische Spelen in 1980 met daarbij Carine Verbauwen (tweede van links) en haar zus Pascale (derde van links). © Verzameling Franky De Groote via Beeldbank Kortrijk
Onverwacht waren het haar laatste olympische resultaten want op haar 19de besloot ze plots haar zwemcarrière voor bekeken te houden. Drie jaar laten werd ze voor de eerste keer mama van haar zoon Michael.
4. 18 keer een Belgisch record
Internationaal medaillesucces bij de profs bleven dan wel uit voor Verbauwen, maar op Belgisch niveau was ze dé zwempionier bij uitstek. Ze was vooral gespecialiseerd in 100 en 200 meter rugslag. In totaal zwom ze in haar carrière maar liefst achttien(!) keer een Belgisch record op een van deze twee disciplines.
Op de Spelen van 1980 in Moskou zette ze het BR op de 100 meter rugslag zelfs zo scherp dat deze tijd (1’03”82) maar liefst 28 jaar in de Belgische recordboeken zou standhouden. Pas in 2008 werd dat record verbroken door Silke Van Hoof met een tijd van 1’02”86. Daarmee was ze bijna 1 seconde sneller dan Verbauwen in 1980. Maar een nationaal record bijna 30 jaar vasthouden in een snel veranderende technologiegedreven sport zoals zwemmen, is ongezien.
5. Verbauwen (bege)leidt zwemmer van Aleppo naar Rio
In 2016 maakte Carine Verbauwen deel uit van het Olympic Refugee Team op de Olympische Spelen in het Braziliaanse Rio de Janeiro. Uiteraard niet als sportster, maar wel als trainster. Een van de tien leden van dit team was de toen 25-jarige Rami Anis. Hij groeide op in de Syrische stad Aleppo en vluchtte via Turkije naar België voor het oorlogsgeweld. Anis was een groot zwemtalent in eigen land en heeft er heel wat nationale records op z’n naam staan. Hij zocht in België naar begeleiding en een plek om te trainen om zijn droom om professionele zwemmer te worden te realiseren, maar zonder papieren stootte hij telkens op een ‘njet’. Verbauwen was intussen al enkele jaren trainster bij de Royal Ghent Swimming Club. Daar kwam ze in contact met Anis en besloot ze hem onder haar hoede te nemen.
Ze trainden negen keer per week om klaar te geraken voor de Olympische Spelen. Maar ze deed meer dan enkel zwemtraining geven. Ze betaalde zijn trainingsmateriaal zoals een speciaal en duur zwempak. Ze zorgde er hoogstpersoonlijk voor dat Anis onderdak vond – iets lastigs aangezien hij toen nog heen papieren had – en stelde een lijvig dossier op zodat Anis deel mocht uitmaken van het nieuwe vluchtelingenteam. Samen trokken ze in de zomer van 2016 naar de Spelen waar hij deelnam aan twee disciplines. Op de 100 meter rugslag werd hij 40ste in een tijd van 56”23, op de 100 meter vrije slag 56ste in 54”25. Geen wereldprestaties, maar zonder Verbauwen was Anis nooit of te nimmer op de Spelen geraakt.